Bim, bim, bim bam. De klokken luiden. Ik doe mijn ogen open, licht komt door het tentdoek. Het moet kwart voor acht zijn. Ik wurm me uit de slaapzak, even daarna sta ik buiten. De ochtenddauw in het hoge gras doet mijn blote voeten ontwaken. Boven de lange, gemetselde wasbak ontwaakt mijn gezicht. Ooit stonden hier dagelijks tientallen monniken, die zich ook opfristen voor het eerste gebed van de dag.
Na het ochtendgebed, ontbijt. Het brood is stevig en smaakvol, gisteravond gebakken volgens Anna’s recept. Het courgette-jam-experiment van Roos blijkt toch nog niet helemaal op te zijn, hmmm. Een goede bodem voor een stevige werkdag op de boerderij.
Opnieuw vertrekken we naar Keizersrande. Daar gaan we wederom in de weer met strobalen, koeien en greppels boomvrij te maken. Gebed en lunch in de buitenlucht, en op de wagen naar een veldje met voederbieten. Die blijken helemaal overwoekerd te zijn door onkruid. Tsja, dat kan er ook gebeuren. Er is al een heel stuk ‘gered’. Naderhand realiseren we ons pas dat dat al heel veel werk geweest moet zijn: met zijn twintigen hebben we nog geen paar meter gemaakt. Maar alle beetjes helpen. Hierna kunnen de bieten, hopelijk, zelf verder groeien en geoogst worden voordat het onkruid ze overstuigt. Bio-boeren is soms ook schipperen.
Vervolgens vertelt de boerin over haar visie. Het beste is om veganistisch te leven, zegt ze. Maar voor wie dat wel erg lastig vindt, zou haar manier van boeren nog ok kunnen zijn. Al het voedsel voor de dieren verbouwt ze zelf. Het vee eet gras en hooi, geen krachtvoer. De koeienmagen zetten gras om in iets eiwitrijks, dat is best iets bijzonders. Als een boer eiwitrijk krachtvoer geeft, geven ze iets meer melk, maar dan benut je de kwaliteit van de koe eigenlijk niet. En het is minder gezond voor hen.
Daarnaast is landschapsbeheer zonder dieren erg kostbaar, zowel qua mankracht als diesel (en dus CO2-uitstoot). Is (extensieve) veeteelt daarom misschien nog nodig voor een duurzame maatschappij? Voer voor veganisten.
Ze besluit met een aardige vergelijking. Voor een evenwichtige en duurzame manier om mensen te voeden stelt de boerin dat lokale boerderijen met deels gesloten voedselsystemen, het beste zijn. Dat wordt soms gezien als naïef. De grootschalige intensieve veehouderij, waarbij goederen de hele wereld overgaan, wordt soms gerechtvaardigd door het te zien als oplossing om de wereld te voeden. Dat is lovenswaardig, maar, zeker als klein Nederlandje, misschien ook wat naïef? Zo blijft het gesprek, hopelijk, gaande.
Weer thuis in de abdij spreken we in groepjes over verschillende onderwerpen, zoals contemplatie, duurzaamheid en de plek van geld in je leven. ’s Avonds is het avondgebed in de grote, prachtig galmende kerk, waar onze stemmen versmelten en stilte de ruimte krijgt. Daarna voegen we ons bij het vuur. Op een afstandje werpt het een flakkerende, oranje gloed op de hoge kerkmuur en de oude bomen. Dichterbij laten gitaren en zangers liedjes horen, worden sprookjes en verhalen verteld. Langzaam sterven de gesprekken uit, totdat de laatste het brood voor de volgende dag uit de oven haalt.
– Willem –